Het Pensioenakkoord voor ZZP-ers

Het Pensioenakkoord voor ZZP-ers

Bart van der Schaal – 19 november 2021

* In dit artikel (Het Pensioenakkoord voor ZZP-ers) wordt er gesproken over Zelfstandigen Zonder Personeel, oftewel ZZP-ers. Belangrijk om te vermelden dat dit artikel niet alleen maar van belang is voor Zelfstandigen Zonder Personeel, maar ook voor Zelfstandigen Met Personeel. Voor het gemak is gekozen om in dit artikel alleen de term ZZP-er te gebruiken.


Als ZZP-er bent u het liefst bezig met uw onderneming. Maar… Wat als u arbeidsongeschikt raakt en daardoor niet langer in staat bent om te werken? En… Hoe ziet uw inkomen eruit wanneer u de AOW-gerechtigde leeftijd heeft bereikt? In dit artikel worden de volgende twee onderwerpen besproken:

  • De wettelijke verzekeringsplicht voor het arbeidsongeschiktheidsrisico.
  • Het verbeteren van pensioensparen voor ZZP-ers.

Wettelijke verzekeringsplicht voor het arbeidsongeschiktheidsrisico

Uit onderzoek blijkt dat een steeds kleinere groep ZZP-ers is verzekerd tegen inkomensverlies als gevolg van arbeidsongeschiktheid. De reden hiervoor is dat de premies van een dergelijke verzekering vaak hoog zijn.

Volgens de Kamer van Koophandel waren er op 1 januari 2021 bijna 1,1 miljoen mensen als ZZP-er werkzaam, zonder daarnaast ook een andere inkomstenbron te hebben. Uit een enquête van het CBS (Centraal Bureau voor de Statistiek) en TNO (Nederlandse Organisatie voor toegepast-natuurwetenschappelijk onderzoek) blijkt dat van deze groep ZZP-ers er 257.000 verzekerd zijn tegen arbeidsongeschiktheid. Dat komt neer op circa 22%. Dit betekent dus dat ruim 900.000(!) ZZP-ers niet verzekerd zijn tegen arbeidsongeschiktheid.

Het Pensioenakkoord voor ZZP-ers

Het groeiend aantal ZZP-ers en het groeiend aantal daarvan dat niet verzekerd is tegen het arbeidsongeschiktheidsrisico zijn de reden geweest om een wettelijke verzekeringsplicht voor het arbeidsongeschiktheidsrisico op te nemen in het Pensioenakkoord. In het Pensioenakkoord ziet het voorstel voor een verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering er als volgt uit:

  • De verzekering dekt langdurige arbeidsongeschiktheid. De wachttijd is 52 weken. Naar keuze kan de wachttijd worden verlaagd naar 26 weken of worden verhoogd naar 104 weken.
  • De verzekering is inkomensafhankelijk en bedraagt maximaal 70% van het laatstverdiende inkomen. Het maximum inkomen bedraagt  30.000,00. Dit betekent dat de uitkering maximaal 21.000,00 per jaar zal zijn. Dit is maximaal  1.750,00 bruto per maand.
  • De premie voor de arbeidsongeschiktheidsverzekering wordt door de Belastingdienst geheven. Zoals het er nu naar uitziet, bedraagt de premie voor de standaard regeling, rekening houdend met een wachttijd van 52 weken, ongeveer 8% van het inkomen. Daarmee komt de premie voor deze dekking uit op maximaal  2.400,00 per jaar. Bij een langere wachttijd is de premie lager en bij een kortere wachttijd is de premie hoger.
  • Als de ZZP-er zelf al een arbeidsongeschiktheidsverzekering heeft afgesloten, moet deze minimaal gelijk zijn aan de verplichte verzekering. Er komt een toetsingskader om te bepalen of de verzekering voldoet aan de verzekeringsplicht.
  • De regeling wordt uitgevoerd door het UWV.
  • Voor de bepaling van de mate van arbeidsongeschiktheid wordt aansluiting gezocht bij de systematiek van de WIA (Wet werk en inkomen naar arbeidsvermogen).

Wetgeving

Het Pensioenakkoord is nog niet omgezet in wetgeving. Het daadwerkelijke wetsvoorstel is in de maak en moet daarna door zowel de Eerste als de Tweede kamer aangenomen worden. Het (demissionaire) kabinet streeft naar een ingangsdatum van 1 januari 2023. Pas dan is er definitief zekerheid over de invulling van de verplichte arbeidsongeschiktheidsverzekering voor ZZP-ers.

Het verbeteren van pensioensparen voor ZZP-ers

Het merendeel van de ZZP-ers is zelf verantwoordelijk voor het regelen van hun oudedagsvoorziening. Het blijkt dat een groot deel van de ZZP-ers géén voorzieningen heeft getroffen, met als risico een forse inkomensterugval bij pensionering of bij overlijden.

ZZP-ers kunnen door middel van lijfrente- of banksparen, sparen voor een oudedagsvoorziening. De premie hiervoor is onder bepaalde voorwaarden fiscaal aftrekbaar. Met de komst van de nieuwe pensioenwetgeving worden de mogelijkheden om op deze wijze pensioen op te bouwen aanzienlijk verruimd.

Daarnaast is in het Pensioenakkoord de zogenoemde experimenteerbepaling opgenomen. Deze bepaling biedt ZZP-ers de ruimte om zich op vrijwillige basis aan te sluiten bij een pensioenfondsregeling. Deze ruimte is op dit moment nog beperkt. In een aantal sectoren is de ZZP-er verplicht aangesloten bij een bedrijfstakpensioenfonds of een beroepspensioenfonds. Het is nog niet duidelijk of de experimenteerbepaling wordt opgenomen in de wetgeving. Daarnaast is het nog maar de vraag of een aansluiting bij een eventueel opengestelde pensioenfondsregeling aantrekkelijker is dan dat de ZZP-er zelf een oudedagsvoorziening verzorgt.

Heeft u nog vragen?

Heeft u nog vragen over het Pensioenakkoord voor ZZP-ers? Of welke vorm van pensioensparen het beste voor u is?  Neem contact met ons op via info@pensioenakkoord.online.

Heeft u een vraag? Wij zijn u graag van dienst!

    Heeft u een vraag? Wij zijn u graag van dienst!